Vuurtoren Durgerdam gaat weer branden

In het voorjaar van 2019 zal de vuurtoren Hoek van ‘t IJ op het Vuurtoreneiland bij Durgerdam weer gaan branden. Hoek van ’t IJ is de enige vuurtoren binnen de gemeente Amsterdam. Eind mei 2016 werd dat licht gedoofd omdat het volgens Rijkswaterstaat, de eigenaar van de toren, geen functie meer had omdat er in de vaargeulen op het IJsselmeer inmiddels overal verlichte boeien liggen. Een brandend vuurtorenlicht zou, opnieuw volgens RWS, de beroepsscheepvaart zelfs in verwarring kunnen brengen.

Op het vuurtoreneiland, waar in de afgelopen jaren met, onder andere, Europese subsidie, veel restauratiewerk is gepleegd aan de aldaar gelegen fortificaties van de Stelling van Amsterdam, werd dit besluit van RWS betreurd. Immers het op dat eiland gelegen Restaurant Vuurtoreneiland wil haar naam graag eer aandoen, en klanten ’s avonds kunnen vergasten op een heus werkend licht. Ook omwonenden van de Gemeente IJburg die op het eiland uitkijken, hebben laten weten gehecht te zijn aan ‘hun’ licht.

Overdracht
Daarover is nu overeenstemming. Later dit jaar zal een overeenkomst worden getekend tussen RWS en Staatsbosbeheer over de erfpacht van het eiland, waarbij tevens de vuurtoren (een Rijksmonument sinds 1981) wordt overgedragen. In een afzonderlijke overeenkomst zullen de uitbaters van het restaurant het eiland voor dertig jaar pachten van SBB. Binnen de overeenkomst met SBB stelt Rijkswaterstaat een bedrag van ruim 200.000 euro beschikbaar om achterstallig onderhoud te plegen. Dat zal waarschijnlijk nog dit jaar gaan gebeuren.

Renovatie
Na de renovatie zal ook het licht in de toren weer branden. Daar is vooral Brian Boswijk van het restaurant blij mee. “Al een paar honderd jaar brandt hier een licht” zegt hij. “Het was altijd een belangrijk licht voor de toegang van koopvaardijschepen tot Amsterdam”. “Wel jammer trouwens dat, zoals het er nu naar uitziet, het nieuwe licht zwakker zal zijn dan het oorspronkelijke. Het bereik wordt ongeveer 1 zeemijl (1,9 km)”.

Al vanaf 1702 stond er een klein stenen torentje met een olielamp op het eiland. Door kustafslag werden het eiland en de toren ondermijnd. Pas zo’n 100 jaar later kwam er een betere oplossing toen de toren werd opgenomen in een verdedigingslinie die uiteindelijk onderdeel ging uitmaken van de Stelling van Amsterdam. Op het vuurtoreneiland werd later een klein garnizoen gelegerd, en er kwam een drietal zware kanonnen te staan. In 1959 is de status van vestingwerk officieel opgeheven. Wél is het vuurtoreneiland nu, als onderdeel van de Stelling van Amsterdam, een World Heritage Site.